donderdag 21 maart 2019

Hollywood aan het Spaarne


Ik heb het altijd al geweten. Haarlem, de stad waar ik mijn jeugd heb doorgebracht, is het Nederlandse Hollywood. Althans, dat schijnt het vroeger geweest te zijn, voor de oorlog, in de tijd dat er een echte filmstudio gevestigd was, Hollandia, die meer dan zestig speelfilms produceerde.
Niet dat ik daar iets van heb meegekregen in de tijd dat ik in de zestiger jaren in de Haarlemmerhout rondhing, want veel filmactiviteiten heb ik er nooit waargenomen.
Ik heb een vage herinnering dat Als twee druppels water - de film naar het boek De donkere kamer van Damocles van W.F. Hermans onder regie van Fons Rademakers - in de stad werd opgenomen, maar ik denk dat ik die informatie eerder uit het Haarlems Dagblad had, dan uit eigen waarneming.




Dat er in Haarlem - in die tijd naar mijn idee een tamelijk slome provinciestad, met een uitgestorven, winderige Grote Markt - zoveel bioscopen waren, was waarschijnlijk te danken aan het feit dat er verder niets te beleven viel. En die markt was natuurlijk uitgestorven omdat iedereen in de bioscoop zat. Ik ook.
Het is grappig dat je vaak nog precies weet op welk moment en in welke bioscoop je de films hebt gezien die indruk op je hebben gemaakt. Het ‘waar was je toen de vliegtuigen de Twin Towers invlogen?’ fenomeen.
Day of the Triffids in Lido; Easy Rider in Studio, op de Grote Markt; Mash en Midnight Cowboy op dezelfde avond in Cinema Palace en Luxor, in de Grote Houtstraat; Dr. No twee keer in het Frans Hals theater. Maar misschien overdrijf ik en is het alleen maar een kwestie van een goed geheugen.
 Alle Haarlemse bioscopen uit die tijd zijn inmiddels verdwenen. Gesloopt, om plaats te maken voor nieuwbouw, of er zijn cafés en kledingwinkels in gevestigd. Dat die neergang samenviel met mijn vertrek naar Amsterdam is louter toeval.
Het Frans Hals theater is tegenwoordig een gereformeerde kerk. Er wordt nu gebeden op de plek waar ik als puber Ursula Andress twee keer in een krappe bikini uit het water heb zien komen.
Een andere plek waar ik films zag, was De Toneelschuur in de Smedestraat. Onder de naam Filmschuur vertoonden ze daar wekelijks de meer artistieke en festivalfilms.
Ik zag daar Citizen Kane van Orson Welles en films van Ingmar Bergman, maar vaak ook obscure zwart-wit films uit Oostbloklanden.
Toen ik op de filmacademie zat en mijn eerste korte speelfilm opnam, vond een deel van de opnames plaats in diezelfde toneelschuur.
Inmiddels zit de Toneelschuur op een andere locatie in Haarlem en daar is aanstaande zondag de presentatie van een boek over de Haarlemse filmgeschiedenis: Haarlem Filmstad. Een boek over het bioscoopleven, de studio’s, filmmakers en sterren uit de stad.
Misschien dat het boek de vraag beantwoordt of er inderdaad sprake was van een Hollywood aan het Spaarne, of dat dat toch een beetje de zelfoverschatting van een slome provinciestad is.

= = = =



 deze column verscheen ook in Het Parool van woensdag 20 maart 2019

Meer interessante informatie over het wel en wee van de Nederlandse film lezen? 
Meer anekdotes en tips en trucs over het maken van film in Nederland?
Lees het in:
'Buurman, wat doet u nu?'
Het onmisbare boek voor iedereen die van film houdt.
Hier verkrijgbaar:  
https://parachute.vrijeboeken.com/book/9789082070422-buurman-wat-doet-u-nu.html